Bas Eickhout, Europarlementariër voor GroenLinks en onderhandelaar namens de Groenen: “Energiebesparing is cruciaal, niet alleen om onze klimaatdoelen te halen, maar ook om ons minder afhankelijk te maken van regimes als Rusland. Na de start van de oorlog in Oekraïne stelde de Commissie voor om meer energie te besparen. EU-landen hebben zich echter tot de laatste avond verzet om dit daadwerkelijk op te nemen in de wet. Het Europarlement heeft deze ambitie voor een groot deel over de streep getrokken. Daarom zijn we blij met deze deal, met deze stok achter de deur moeten we echt gaan versnellen.”
In eerste instantie wilde de Commissie een bindend Europees doel van 9% besparing tegen 2030, ten opzichte van 2020. Naar aanleiding van de Oorlog in Oekraïne werd dit opgehoogd naar 13%. EU-landen waren niet alleen tegen deze voorgestelde ophoging, maar verzette zich ook tegen bindende nationale doelen. Eickhout: “Uiteindelijk is het doel alleen bindend op Europees niveau en hebben we sterke controle van de Commissie afgedwongen. Landen hebben een reputatie van niet leveren op energiebesparing, daar kunnen we ze niet langer mee laten wegkomen.”
De deal schrijft ook een jaarlijks besparingsdoel voor aan EU-landen. Een belangrijk discussiepunt was of hier ook fossiele besparingen mochten worden meegeteld en worden gesubsidieerd, zoals het installeren van efficiëntere gasboilers. Eickhout: “Niet alleen hebben we het ambitieniveau ongeveer weten te verdubbelen ten opzichte van nu, ook mogen fossiele besparingen in gebouwen niet meer meetellen vanaf 2026, wat betekent dat vanaf dan geen cent subsidie meer naar de gasboiler gaat. Dit is een cruciaal signaal naar EU-landen en de warmte industrie.”
Nu er een deal op tafel ligt, moeten zowel de EU-landen als het Parlement nog akkoord gaan. Naar verwachting gebeurt dat in de komende maanden, waarna de EU-landen de wet moeten vertalen naar nationale wetgeving. Dit moet gebeuren binnen twee jaar.